Vandaag 65 jaar geleden, op 4 mei 1959, werd in het Zweedse plaatsje Kisa Inger Nilsson geboren, beter bekend als Pippilotta Victualia Rolgordijna Kruizemuntina Efraïmsdochter Langkous, roepnaam Pippi. Gedurende 2 jaar speelde Inger de roodharige, brutale en eigengereide Pippi, en raakte dat imago nooit meer kwijt.
(tekst: Wim Meijer)
Er zijn volop voorbeelden van acteurs met hetzelfde probleem: een rol in een televisieserie die zó succesvol is dat de acteur er nooit meer vanaf komt. Het gebeurde met Joop Doderer (Swiebertje), met Cor Witschge (Pipo de Clown) en dus ook met Inger Nilsson. Vanaf haar negende speelde zij gedurende 4 jaar de rol van Pippi in een televisieserie (1969-1973) en in vier films. Hierin zette zij een Pippi Langkous neer, zoals de Zweedse schrijfster Astrid Lindgren het had bedoeld: vrijgevochten, brutaal en ongemanierd. Gewoon de vleesgeworden anarchie in zakformaat maar wel met een gouden hart.
Met haar grote glimlach, vrolijke ogen, sproeten en stijve rode vlechten veroverde Inger Nilsson als Pippi wereldwijd de harten van zowel de televisiekijkende kinderen als die van hun ouders. Natuurlijk was dat niet puur aan Inger Nilsson te danken.
Astrid Lindgren, de geestelijk moeder van Pipi langkous (foto: Wikipedia)
Het verhaal
Allereerst was daar natuurlijk het verhaal van Astrid Lindgren. Het verhaal over een meisje dat helemaal kan doen waar ze zelf zin in heeft. Ze woont zonder haar ouders in een groot kleurrijk huis, Villa Kakelbont, samen met haar paard Witje en haar aapje Meneer Nilsson. Pippi’s moeder woont in de hemel en haar vader is piraat, en is dus ook nooit thuis. En geldproblemen heeft ze ook niet, want ze heeft een kist vol goudstukken, waarmee ze de hele snoepwinkel leeg koopt. Verder beschikt ze over superkrachten en kan met één hand een paard optillen en ze kan ook nog vliegen. Verder heeft ze een hekel aan boeven die haar geld willen stelen en mensen die haar met alle geweld naar school willen krijgen.
Schrijven voor ziek dochtertje
Astrid Lindgren bedacht het eerste verhaal van Pippi Langkous toen haar dochter ziek op bed lag en haar vroeg een verhaaltje te vertellen. Enkele jaren later schreef Astrid Lindgren al haar Pippi-verhaaltjes op en gaf het boekje als verjaardagscadeau aan haar dochter. Uiteindelijk vond ze in 1945, na eerdere afwijzingen, een uitgever die bereid was haar Pippi-werk te publiceren. Het was het begin van een groot succes, dat tot de dag van vandaag aanhoudt.
49 talen
In totaal schreef Astrid Lindgren drie romans en een serie korte verhalen en liedjesbundels van Pippi die wereldwijd in 49 talen werden uitgegeven. Ook schreef ze twee toneelstukken rond haar roodharige creatie. Verder verschenen er aan het eind van de zestiger jaren 6 stripalbums. De eerste (zwartwit) film van Pippi Langkous dateert van 1950. En uiteindelijk ging in 1969 de legendarische serie van start met Inger Nilsson in de hoofdrol en naast haar Maria Persson en Pär Sundberg als haar vriendjes Annika en Tommy. Het drietal werd gekozen uit maar liefst 8000 kinderen die voor een auditie waren opgetrommeld.
Geen geld voor kind-sterren
Ondanks het weergaloze en ook nog steeds voortdurende succes van de serie hebben de drie kinderen van weleer weinig financieel gewin kunnen halen uit hun jeugdige acteerprestaties, doordat het in Zweden in die tijd verboden was om kinderen uit te betalen. Ook later was er voor geen van drieën een lucratieve loopbaan als acteur/actrice weggelegd. Inger Nilsson probeerde het nog wel. Zo speelde ze wat kleinere rollen in Zweedse theaters en in twee televisieseries en een speelfilm. Maar haar echte succes bleef toch beperkt tot de films waarin zij “gewoon” Pippi speelde. Uiteindelijk is ze gaan werken als medisch secretaresse in Stockholm. En ook dat kan zijn voordelen hebben: Wellicht krijgt ze personeelskorting op ‘vier liter meducijn’’.
Tommy en Annika
Voor Maria Persson (Annika) speelde eigenlijk hetzelfde als voor Inger Nilsson. Ook aan haar kleefde de rol van Annika zo nadrukkelijk, dat zij hierdoor geen nieuwe rollen kreeg aangeboden. Uiteindelijk besloot ze een opleiding tot verpleegster te volgen en verhuisde naar Mallorca waar zij werkzaam is in de ouderenzorg en samenwoont met haar zoon.
Pär Sundberg (Tommy) was de enige van de drie die meteen na de opnames van de Pippi-films besloot om met acteren te stoppen. Hij ging studeren en zocht zijn geluk in de zakenwereld.
Inger Nilsson blijkt onvervangbaar als Pippi
Inmiddels zijn ruim 50 jaar verstreken na de serie met Inger Nilsson. Hoogste tijd voor een remake, zou je zeggen. Maar net zoals de rol van Pippi kleeft aan Inger Nilsson, zo kleeft Inger Nilsson aan Pippi. Slechts eenmaal in die halve eeuw durfde een regisseur het aan om een nieuwe Pippi Langkousfilm te maken met een andere actrice. Het was de Engelse regisseur Ken Annakin die met de Amerikaanse actrice Tamy Erin in 1988 hoopte een succesvolle filmversie te maken van de succesvolle Zweedse serie. De film bracht echter weinig succes en slechts nominaties voor de Stinkers Bad Movie Awards (slechtse film) en de Golden Raspberry Award (slechtste actrice)
En zo kan het zijn dat na ruim 5 decennia Inger Nilsson nog steeds de enige echte Pippi is… de Pippi zoals Astrid Lindgren het heeft bedoeld.