Vandaag 50 jaar geleden: de eerste autoloze zondag

Foto: Wikipedia - Nationaal Archief

Vandaag 50 jaar geleden, op 4 november 1973, beleefde Nederland zijn eerste autoloze zondag. Enkele dagen eerder, op 30 oktober, had de toenmalige PvdA-premier Joop de Uyl afgekondigd dat we op zondag de auto moesten laten staan. En daarmee was Nederland opeens weer ‘gezellig’… zij het tegen wil en dank.

(tekst: Wim Meijer)

Waarom deze ‘betuttelende’ actie van van het kabinet Den Uyl? Welnu, de oorzaak lag in de voorafgaande maand. Op 5 oktober 1973, op de Joodse verzoendag Yom Kippoer, hadden Syrië en Egypte een gezamenlijke aanval uitgevoerd op Israël om hun in 1967 kwijtgeraakte gebieden terug te veroveren.

De Verenigde Staten en veel andere westerse landen steunden Israël onvoorwaardelijk. En vooral Nederland schroomde niet afschuw te uiten over de aanval. Deze steun schoot helemaal verkeerd bij de Arabische olieproducerende landen, verenigd in de OPEC. Deze besloten dan ook om de olietoevoer naar de Israël-steunende landen stop te zetten.

Autoloze zondag
Het gevolg was dat de westerse landen gedwongen werden om energiebeperkende maatregelen te nemen. De meest in het oog springende maatregel was het invoeren van de autoloze zondag. Onder aanvoering van Joop de Uyl werd op 30 oktober aangekondigd dat er op zondag niet meer mocht worden gereden met auto’s en andere motoraangedreven voertuigen. En op zondag 4 november 1973 werd het fenomeen ‘autovrije zondag’ voor het eerst werkelijkheid.

Groen Links, de Partij voor de Dieren, Vroege Vogels en flora- en fauna-ambassadeur Midas Dekkers moeten, voor zover ze al bestonden, de tijd van hun leven gehad hebben. Niks CO2-uitstoot, geen razende auto’s door voormalige natuurgebieden, geen gierende banden over asfalt, nee…. rust en kalmte.

Was de zondag verworden tot een bijna sleurend ritueel van: met de auto even langs opa en oma en vervolgens ‘een stukje rijden’, nu bleek dat je in Nederland, in gebieden waar je anders met 100 kilometer per uur doorheen reed, ook leuke dingen kon doen en beleven, zoals picknicken op de snelweg.

(foto: Wikipedia – Nationaal Archief)

Nostalgie en solidariteit
Massaal greep Nederland de fiets, wandelde door bos en duin en ging rolschaatsen op de verlaten snelwegen. Menig paard en wagen werd letterlijk van stal gehaald om het praktische en het nostalgische met elkaar te verenigen. De autoloze zondag werd een ‘uitje’ op zichzelf. Daarbij gaf het een soort van solidariteitsgevoel. Zo van: Wij laten ons mooi niet gek maken door die Arabieren.

Tien weken ‘winterpret’
Bijna 10 weken lang duurde dit historische feestje, totdat uiteindelijk, op 6 januari 1974, ook Joop den Uyl inzag dat het effect van die autoloze zondag niet echt optimaal was. In de praktijk bleek dat er weliswaar op zondag geen auto’s reden, maar dat het gebruik op vrijdag en zaterdag explosief toenam. Per saldo leverde het dus uiteindelijk slechts ongemak op, in combinatie met een nostalgisch feestje. En hoe leuk dat laatste ook mocht zijn, na een paar keer ging dat toch ook vervelen, zelfs voor Joop den Uyl, ondanks dat hij via Vader Abraham en Boer Koekoek een ware sterrenstatus bereikte.

Arabieren op verkeerde been
Naar later bleek, paste de autoloze zondag perfect in de calvinistische zuinigheidsidealen van onze toenmalige premier. Maar de echte noodzakelijkheid met betrekking tot mogelijke olieschaarste zou niet aanwezig zijn geweest, omdat het Westen zelf nog over voldoende voorraden beschikte. Volgens voormalig minister Westerterp diende het doorgaan met autoloze zondagen vooral om de Arabieren niet te inspireren tot het doorvoeren van nog meer maatregelen. In het Midden Oosten moest men het gevoel hebben dat het Westen hard getroffen werd, en dat idee werd met deze zondagen in stand gehouden.

Toch moeten ze in het Midden-Oosten wel een klein beetje hebben aangevoeld dat de maatschappelijke impact van hun boycot heel anders was dan dat ze aanvankelijk voor ogen hadden. Het toeval wilde dat e.e.a. zich afspeelde midden in de caranavalstijd, en op zo’n moment was een bierboycot waarschijnlijk harder aangekomen dan een olieboycot. Als inspiratiebron voor carnavalshits werkte het in ieder geval perfect., zo bewees ook het team van Farce Majeure.

Cookieinstellingen